BNP Paribas Fortis zag in 2015 het aantal leningen voor een tweede verblijf met 20% stijgen. Gemiddeld ging het om een bedrag van nagenoeg 165.000 euro. Dat was 73% van de kostprijs van het vastgoedproject.

In tegenstelling tot kredieten voor een eerste woning komen de leningen voor een bijkomende woongelegenheid niet in aanmerking voor de Vlaamse fiscale vermindering van de woonbonus, maar genieten ze van de federale belastingvermindering. Dat voordeel bedraagt 30 procent van de kapitaalaflossingen, beperkt tot maximaal 2260 euro, wat neerkomt op 678 euro per persoon per jaar. Daarnaast zijn ook de intresten aftrekbaar.

Wie leende voor een tweede woning was gemiddeld 42 jaar.

Het gemiddelde geleende bedrag voor een tweede woning lag hoger dan dat voor de aankoop of bouw van een hoofdverblijfplaats. Hiervoor namen de kredietnemers gemiddeld 157.789 euro op. Hun leeftijd bedroeg gemiddeld 37 jaar.

Het gros van de woonkredieten die BNP Paribas Fortis vorig jaar verstrekte, bleven niettemin herfinancieringen. Heel wat kredietnemers verkozen hun duur krediet terug te betalen met geld dat ze haalden door het aangaan van een nieuwe lening.

Negentien van de twintig kredietnemers kozen voor een vast tarief. De gemiddelde looptijd was 224 maanden. Zes op de tien klanten opteerden voor een krediet op minder dan 20 jaar of 240 maanden. De gemiddelde maandelijkse afbetaling kwam uit op 706 euro.